Keukenhof
De dagelijkse file van en naar de Keukenhof is weer op gang gekomen. Wij als bewoners van de Bollenstreek krijgen in deze periode het idee in een openlucht museum te wonen. De toegangswegen lopen vol en de vluchtroutes zitten dicht van de tulpenvelden bewonderende toeristen. Het fietsen in de Bollenstreek doet denken aan het fietsen in een volle drukke stad. Toch is, zeker in het weekend, de fiets het enige praktische vervoermiddel om in de omringende dorpen te komen. Iets chagrijnig, gedwongen op de fiets, kom je er plotseling achter waarom al die mensen ineens naar onze streek toe komen. De onafgebroken velden met kleuren van eerst de krokussen en narcissen en hierna de hyacinten en tulpen zijn een werkelijk uniek stuk Nederland. Al kijkend naar de velden, slinger je over de weg en ontwijk je een druk toeterende automobilist die je vervloekt omdat hij er niet snel door kan. In plaats van hier boos over te worden, heb je met deze figuur te doen, omdat deze blijkbaar al het moois om zich heen mist en zich alleen maar ergert aan die toeristen die niet eens recht kunnen fietsten. Eigenlijk word je door al die toeristen gedwongen om zelf in je eigen Bollenstreek de toerist uit te gaan hangen. Op zich wel een beetje vreemd dat al het moois in de wereld niet wordt gezien, tenzij je er door iemand of door omstandigheden op gewezen wordt. Het lijkt wel dat alles wat dichtbij is eigenlijk te gewoon is om eens goed te bekijken. Ik spreek mensen uit mijn omgeving, die nog nooit in de Keukenhof zijn geweest, terwijl ze er net als ik op de fiets kunnen komen. Eigenlijk is dit ook een beetje het geval met de telers van zomerbloemen. Ze vinden het zo gewoon dat dit extreem grote en mooie sortiment zomaar te koop is, dat ze er niet bij stil staan hoe enorm bijzonder het voor de ander mensen is. De bollenkwekers doen met de Keukenhof goede zaken. Iedereen op de hele wereld weet dat ze in Nederland moeten zijn voor de mooiste bolbloemen. Rondom deze “bollentijd” worden al de klanten uitgenodigd en wordt er gewerkt aan goede relaties. Om de Keukenhof nog aantrekkelijker te maken, zijn er naast de bolbloemen ook andere bloemen te zien. In tal van presentaties laten de zomerbloemen-, vaste planten- en zelfs orchideeëntelers zien waar ze toe in staat zijn. Het moet toch mogelijk zijn om die aandacht de rest van het jaar vast te houden. Toch zie ik weinig uitingen als “gezien op de Keukenhof” of “ook de rest van het jaar is Nederland leuk”. Misschien is toch de bescheidenheid in ons vak te groot om dit grandioze evenement ten volle uit de buiten. Ik raad dan ook iedereen in ons vak aan om eens gewoon als toerist je eigen producten te bekijken en te beleven. Ik denk dat je van je stoel valt van verbazing hoe mooi onze wereld eigenlijk is.